Op werkdagen voor 23:00 besteld, morgen in huis Gratis verzending vanaf €20

Recensie

Het feilbare geweten - ‘Prettig leesbare studie’

Adam Smith wordt vaak gezien als de vader van het kapitalisme, maar zijn morele denkwereld is minstens zo interessant. In ‘Het feilbare geweten’ voert Edgar Karssing een denkbeeldige dialoog met Smith over ethiek in beroep en bedrijf. In zijn recensie gaat Rogier van der Wal in op de kracht van deze benadering.

Rogier van der Wal | 16 juni 2025 | 3-4 minuten leestijd

Edgar Karssing blijft in gesprek met Adam Smith, de 18e-eeuwse Schot van wie iedereen wel eens gehoord heeft. Maar waar stond die Smith nu ook alweer precies voor? Daar ging Karssings inaugurele oratie bij Nyenrode in 2022 al over (met name de gesproken versie, een filosofische love story, is erg vermakelijk; die kun je hier vinden). 

imperfecte wereld

Nu vervolgt Karssing het gesprek in een prettig leesbare, handzame en mooi uitgegeven studie. Al wandelend ontspint zich een dialoog tussen ‘Edgar’ en ‘Smith’, waarbij er van alles over ethiek in beroep en bedrijf aan de orde komt. Elk van de zeven hoofdstukken sluit af met een korte puntsgewijze samenvatting, praktische tips en een aantal oefeningen.

Eerst maken we kennis met Adam Smith en zijn tijd en context. We leren hem kennen als een bij zijn moeder inwonende, honkvaste halfwees en als ‘bezorgde realist’, die zich ervan bewust is dat we leven in een imperfecte wereld met feilbare mensen.

Samenhang

Smith schreef een economieboek (The Wealth of Nations) en een ethiekboek (The Theory of Moral Sentiments), maar hij ging niet expliciet in op de samenhang tussen beide boeken. Karssing probeert ons duidelijk te maken dat die samenhang er wel degelijk is.

Voor de ethiek neemt Smith onze morele ervaring als vertrekpunt en gaat uit van mensen-zoals-ze-zijn: veel gewoner en minder rationeel handelend dan vaak wordt aangenomen. 

Het gesprek loopt via gemoedsrust en morele integriteit naar ons morele kompas, al heeft Smith die laatste, moderne term zelf nooit gebruikt. Kiezen we voor wijsheid en deugdzaamheid, of is de lokroep van rijkdom, status en macht toch te groot? Van wie willen we eigenlijk winnen, van onszelf of van anderen? En hoe weten we wat fatsoenlijk en deugdzaam is? Daarvoor introduceert Smith de Onpartijdige Toeschouwer, als optelsom van de blik van alle anderen, die immers steeds ook maar een deel van het verhaal te zien krijgen. Zodra we die Onpartijdige Toeschouwer hebben verinnerlijkt, is het geweten geboren, schrijft Karssing.

Daarvoor hebben we ook inbeeldingsvermogen en verbeeldingskracht nodig – wat je ook met het lezen van boeken of het kijken van films kunt oefenen – zodat we niet steeds met dezelfde ene bril (‘legal’, ‘risk’, ‘business’) naar de wereld kijken. Alleen beter kijken is dus niet genoeg, je moet ook anders kijken!

hoofddeugden

Karssing constateert tot zijn genoegen dat ook hedendaagse onderzoekers naar het geweten nog uit de voeten kunnen met wat Smith hen aanreikt. Al heeft het denken natuurlijk sindsdien niet stilgestaan: zo blijkt ons geweten met de jaren te rijpen. Voor ons morele kompas zijn de vier klassieke hoofddeugden essentieel, waarbij Smith kiest voor weldadigheid in plaats van moed; de andere zijn prudentie, rechtvaardigheid en zelfbeheersing. We kunnen mikken op morele perfectie of op ‘gewoon’ fatsoen, waarbij we een wat minder ambitieuze maatstaf aanhouden. Rolmodellen maken dit prettig concreet en van hen kunnen we het leren.

Maar we blijven feilbaar: lang niet altijd loopt het met onze welgemeende morele intenties goed af. Dat kan komen door falend inlevingsvermogen, maar ook door ‘morele ontkoppeling’ – dan weten we diep van binnen wel dat we fout zitten, maar we praten het goed of hanteren verbloemend taalgebruik (‘collateral damage’, ‘geen actieve herinnering aan’).

In het slothoofdstuk gaat Karssing nog in op moreel leren, zowel individueel als binnen beroepsgroepen en organisaties. Als extra service komt het hele boek nogmaals in ultrakorte vorm voorbij. De dialoog eindigt met de vaststelling dat het boek van Smith ruim 250 jaar later nog altijd de moeite waard is om te lezen, volgens Karssing ‘de belangrijkste tip’. Met zo’n enthousiaste, overtuigende en onvermoeibare pleitbezorger mag Smith zich zeer gelukkig prijzen!

Over Rogier van der Wal

Rogier van der Wal is classicus, filosoof en bestuurskundige. Sinds 1 september 2022 is hij lector Ethisch werken bij Fontys Hogeschool in Eindhoven. Hij is daarnaast fellow bij de Thorbeckeleerstoel aan de Universiteit Leiden.

Deel dit artikel

Wat vond u van dit artikel?

0
0

Boek bij dit artikel

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden